Hij is een beetje vergeten, zo lijkt het. Pianist en componist Dave Burrell mag dan jaren in de bands van Archie Shepp en daarna David Murray hebben gespeeld, een echte beroemdheid in de kleine jazzwereld is hij niet geworden.
Toch blijft hij concerten geven en platen maken, al dateert zijn vorige album ook al weer van vijf jaar geleden. Een live-opname van een solo-concert in het Londense Cafe OTO in 2018 was dat. En een jaar daarvoor verscheen een registratie van zijn improvisatieconcert in trio met rietblazer Ab Baars en violist Ig Henneman in het Bimhuis.
Dave Burrell is 82 intussen, maar nog steeds in zeer goede doen. Zo blijkt toch uit zijn nieuwe soloalbum Harlem Rhapsody dat eind maart is uitgebracht door het Italiaanse label Parco Della Musica. Opgenomen in oktober 2021 in een studio in Rome, want Italië is, zoals hij zelf zegt, zowat zijn tweede thuis. Daar weten ze blijkbaar nog wel zijn muziek te waarderen. Dat geldt overigens ook voor de universiteit van Pittsburgh waar het Center for American Music sinds kort een onderdak biedt aan het volledige werk van Burrell.
De muziek en composities van Dave Burrell gaan heel breed: van ragtime over postbop tot free jazz, via eigenzinnige interpretaties van La Bohème van Puccini of de liedjes uit West Side Story, tot en met de deels autobiografische jazzopera Windward Passages die hij samen schreef met zijn vrouw, dichter Monika Larsson. Behalve onder eigen naam werkte Burrell onder meer nog met Archie Shepp, Pharoah Sanders, Marion Brown, Grachan Moncur, David Murray, Beaver Harris, Sonny Sharrock, Noah Howard en William Parker.
Op het nieuwe album Harlem Rhapsody staan vijf eigen stukken naast de standard My Melancholy Baby van Ernie Burnett. Het album klinkt als een pianorecital waarin de geschiedenis van de jazz als Afro-Amerikaanse muziek bij uitstek lijkt voorbij te komen. Zelf zegt Dave Burrell daarover:
"Harlem Rhapsody represents the synthesis of my music and at the same time a look to the future. There is no fixed style, but a continuous interchange and exchange of information, invention and passion, between past and present, present and future: a dialogue of incessant exploration and excitement, from the inside out, from ragtime to non-time.”
In de hoesnota's van het album Universal Tonality van William Parker (opgenomen in 2002, maar in september 2022 uitgebracht) geeft Parker een mooie typering van Dave Burrell als muzikant:
"Pianist Dave Burrell lives in a beautiful sound world where he loses himself in the music and comes out on the other side with a precious gem from one moment to the next. Dave is always looking for and finding new things to play. He is a national treasure."
Hoe Dave Burrell zichzelf verliest in de muziek om met een pareltje terug te voorschijn te komen, dat is goed te horen in Red Summer March, een improvisatie van meer dan 20 minuten als opener van het nieuwe album Harlem Rhapsody. Soms abstract en hoekig, dan weer speels of bluesy, een marcherende linkerhand naast vrolijke bokkensprongen met de rechterhand.
Een ander hoogtepunt is de versie van My Melancholy Baby waarin Burrell slechts met mondjesmaat en uitdagend aarzelend de melodie van de standard vrijgeeft. Om daarna rond die melodie te spelen met pianodansjes die het midden houden tussen de fratsen van Thelonious Monk, Jaki Byard en Earl Hines. Goed voor een grote glimlach op het gezicht van deze luisteraar.
How little do we know is een poëtische en soms theatrale ballade, instrumentaal maar met bijhorende dichtregels van Monika Larsson. En zij krijgt een mooie liefdesverklaring in Dancing with Monika. Ook het titelnummer, Harlem Rhapsody, lijkt eerst een ballad, met een toets Satie hier en een toef romantische slagroom daar, maar halverwege schudt Burrell even de dromerige sfeer weg met woeste pianosprongen alsof hij de drukte en chaos van de straten in Harlem wil evoceren.
Paradox Of Freedom is dan weer zo'n allesomvattend stuk waarin Dave Burrell zijn kennis van de jazzgeschiedenis en zijn jarenlange ervaring als improvisator of spontaneous composer etaleert in een bochtig parcours dat me een beetje doet denken aan de soloconcerten van Randy Weston.
Net zoals Randy Weston is Dave Burrell ook gefascineerd door niet-Westerse muziek. Weston hoorde bij de gnawa-muzikanten van Marokko de prille roots van de Afro-Amerikaanse muziek. Burrell had een gelijkaardige ervaring door zijn ontmoeting met toeareg-muzikanten in Algerije tijdens het Pan African Cultural Festival in 1969. En in een recent interview voor het online jazzmagazine Point of Departure vertelt Burrell uitgebreid over zijn kennismaking met voodoo in Haïti en hoe dat zijn eigen werk heeft beïnvloed. Voorts gaat het in dat interview vooral over zijn ouder werk van de jaren zestig en zeventig.
Ook het legendarische Festival Actuel in 1969 komt even ter sprake in dat interview. Dat festival zou oorspronkelijk plaatsvinden in Parijs, maar daar zagen ze zo’n ‘Europese Woodstock’ niet zitten. Dus moesten de organisatoren het hele circus verplaatsen naar net over de grens in België waar de burgemeester van Amougies hen met open armen ontving. Pink Floyd en Frank Zappa hebben er opgetreden, maar ook Dave Burrell. Al was dat laatste concert naar verluidt pas tegen de vroege ochtend voor een handvol achterblijvers.
Het interview op Point of Departure werd afgenomen in december 2021 en tussen al die herinneringen aan de jaren zestig en zeventig vermeldt Dave Burrell even terzijde dat hij net een nieuwe opname heeft gemaakt voor een Italiaans label. Die opname is nu dus beschikbaar als Harlem Rhapsody.
Vergeleken met bijvoorbeeld zijn soloalbum Windward Passages uit 1979 klinkt Dave Burrell op zijn nieuwe werk wat minder fel en vurig, meer ingehouden en bedachtzamer. Maar die Windward Passages op Hat ART is dan ook een alom gewaardeerd hoogtepunt in zijn carrière. Een liveopname van een concert in Zweden met vooral stukken die geschreven zijn voor de opera Windward Passages, waar hij een jaar eerder aan begonnen was.
Merkwaardig genoeg is die jazzopera, ondanks de vele contacten met diverse operahuizen en gezelschappen sinds de jaren tachtig, pas vorig jaar voor het eerst in zijn volledigheid uitgevoerd. In Italië uiteraard, want zoals gezegd: daar is men Dave Burrell nog niet vergeten. En terecht!