Wonderman
Over de Motown-soulman van 'Songs In The Key Of Life', mijn grijsgedraaide held uit 1976.
Deze tekst verscheen voor het eerst op de voormalige VRT-cultuursite cobra.be naar aanleiding van de 65ste verjaardag van Stevie Wonder. Voor de publicatie hier heb ik de tekst wat aangepast en verbeterd.
De zomer van 1976. Een lange hete zomer. De Tour de France werd gewonnen door Lucien Van Impe. In Montréal waren de Olympische Spelen. Maar al die sport kon mij gestolen worden: op het einde van die zomer werd ik dertien jaar en op de radio klonk John Miles met Music. Hij zong voor mij profetische woorden: "Music was my first love and it will be my last". Een van de allereerste elpees die toen in mijn verzameling belandden, lag net na die zomer in de winkel. Of ik die plaat zelf heb gekocht of gekregen, dat weet ik niet meer. Maar ik heb de plaat nog steeds en ik koester hem als was het mijn dierbaarste bezit: Songs In The Key Of Life van Stevie Wonder.
Als er een plaat is die ik heb grijsgedraaid dan is het die wel. Een dubbelelpee met een bonus-single ("a something's extra" stond er op de hoes) die je op 33 toeren moest draaien. In totaal 1 uur en 45 minuten muziek. Muziek die, achteraf gezien, mijn brede smaak voor een groot deel heeft bepaald. Het ging alle kanten op: gospel, soul, funk, pop, rock, latin, afro, jazz. Het passeerde allemaal op die wonderlijke zes vinylkantjes. Sommige nummers zijn hits geworden die bijna iedereen kan meezingen of fluiten: Sir Duke (een ode aan Duke Ellington en andere groten van de jazz), 'b' (over zijn kindertijd) en Isn't She Lovely (met het kirren en huilen van zijn pasgeboren dochter Aïsha). En Pastime Paradise kende later in 1995 een tweede leven en werd een grote hit als Gangsta's Paradise in de handen van rapper Coolio. Als ik Songs… nu opnieuw opleg, kan ik zo goed als alles nog meezingen. Grijsgedraaid inderdaad, met het tekstboekje erbij.
magnum opus
Songs In The Key Of Life wordt beschouwd als het magnum opus van Stevie Wonder. Hij had er meer dan twee jaar aan gewerkt en de 21 songs op het album zijn slechts een fractie van de honderden nummers die hij in die jaren had geschreven en verzameld. Stevie Wonder speelde veel instrumenten zelf: toetsen, harmonica, drums. Hij stoeide met vroege synthesizers, maakte alle arrangementen en haalde gastmuzikanten als Herbie Hancock en George Benson naar de studio.
In de teksten ging het over liefde en relaties, maar ook over sociale en politieke kwesties (racisme, discriminatie) en spirituele en religieuze beleving. Muzikaal ging het van zoete ballades, over catchy pop tot strakke funk of swingende rhythm & blues vol echo's uit jazz en Afrikaanse en Caribische muziek. Critici vonden de plaat soms wat te belerend of hier en daar wat zweverig en melig. Toch prijkt Songs In TheKey Of Life ook in de lijst '500 Greatest Albums of All Time' die het tijdschrift Rolling Stone in 2003 samenstelde.
Achteraf gezien was Songs In The Key Of Life het absolute hoogtepunt van de reeks uitstekende platen die Stevie Wonder als jonge twintiger in de jaren zeventig uitbracht. Dertien jaar eerder, in mei 1963, had Little Stevie Wonder, zoals hij werd genoemd door het Motown platenlabel, zijn eerste grote hit met Fingertips. Het was de live-versie van een nummer uit zijn eerste elpee The Jazz Soul of Little Stevie (Motown, 1962) met o.a. Marvin Gaye op drums. Stevie zelf zong en speelde mondharmonica en bongo's. Hij was toen 12!
Motown Hitsville
Little Stevie was op 13 mei 1950 geboren als Stevland Judkins, maar zijn moeder veranderde zijn naam later naar Stevland Morris. Hij werd blind vlak na zijn geboorte en begon al heel vroeg met muziek. Zo zong hij in een kerkkoor en leerde zichzelf piano spelen, maar ook mondharmonica en drums. Op zijn elfde kwam hij via via terecht bij Berry Gordy, de grote baas van Motown Records in Detroit. Stevie Wonder maakte als tiener deel uit van de Motown-hitmachine en kende succes met singles als Uptight, For Once In My Life, Signed, Sealed, Delivered I'm Yours en My Cherie Amour. En hij schreef ook voor anderen: zijn Tears Of A Clown werd een hit voor Smokey Robinson & The Miracles.
Eenmaal meerderjarig brak Stevie Wonder even met Motown om snel weer terug te komen onder veel betere voorwaarden: hij hield alle auteursrechten zelf en besliste nu zelf wat voor platen hij zou maken. Naar het voorbeeld van Marvin Gaye en diens politiek geëngageerde conceptplaat What's Going On nam ook Stevie Wonder afstand van de vlotte, lichtgewicht hitjes van de eerste Motown-jaren. In plaats van singles wilde hij ook liever albums met een verhaal of zelfs een boodschap maken.
Het duurde enkele jaren en enkele platen voordat dat goed lukte maar vanaf 1972 volgden de topplaten elkaar snel op, stuk voor stuk platen waarop Stevie Wonder maatschappelijke en politieke thema's combineerde met verhalen over liefde en relaties. Talking Book (1972) met hits als Superstition en buitenbeentje You Are The Sunshine Of My Life; Innervisions (1973) met Higher Ground en Living For The City, dat bijna een hoorspel was over een Afro-American die van het platteland naar New York verhuiste; Fulfillingness' First Finale (1974) met 'Boogie On, Reggae Woman' en de anti-Nixon-song 'You Haven't Done Nothing'.
En dan: als een groot uitroepteken, als de samenvatting van waar Stevie Wonder op dat moment muzikaal en persoonlijk voor stond, als de allesomvattende kijk op het leven: Songs In The Key Of Life in 1976.
Dat werd dus zijn magnum opus. Merkwaardig als je bedenkt dat Stevie Wonder toen nog maar 26 was. En het is misschien wat tragisch dat zijn platen daarna nooit meer het niveau van dat album hebben geëvenaard.
new age
In 1979 verscheen de opvolger van Songs In The Key Of Life: de ecologische conceptplaat Journey Through The Life Of Plants. Opnieuw een dubbelalbum, deze keer met veel instrumentale muziek want het was ook de soundtrack bij een natuurdocumentaire. De hoes was gedeeltelijk in reliëfdruk en met de titel en uitvoerder ook in brailleschrift. Ik heb de plaat toen blindelings aangeschaft, in de overtuiging dat deze wellicht net zo goed ging zijn als Songs In The Key Of Life. Maar helaas, Stevie Wonder leek de new age toer op te gaan. De plaat heb ik nog wel, maar grijsgedraaid, nee, die niet.
Na die succesvolle jaren zeventig heeft Stevie Wonder niet stilgezeten. Hij is blijven platen maken en hits scoren. In 1980 was er nog de prima popplaat Hotter Than July met hits als Master Blaster, I Ain't Gonna Stand For It en Happy Birthday (opgedragen aan Martin Luther King). Het grote publiek was later weg van nummers als Ebony And Ivory (een duet met Paul McCartney in 1982) en I Just Called To Say I Love You (uit de soundtrack van de film The Woman In Red en goed voor een Oscar in 1985).
Stevie Wonder speelde nog harmonica op platen van Chaka Khan, Eurythmics, Elton John en Mark Ronson. Hij werkte met artiesten als Prince en Michael Jackson en maakte in 2005 zijn voorlopig laatste plaat onder eigen naam. Maar ik volg hem allang niet meer.
jeugdsentiment
Wel heb ik ooit nog een cd-versie van Songs In The Key Of Life gekocht. Een beetje uit jeugdsentiment, ook om die muziek op zijn best te kunnen horen. Maar als ik dan naar die glimmende schijf luister, dan mis ik toch de kraken en zelfs de sprongetjes die de naald van mijn pick-up maakt als ik die oude dubbelelpee van 1976 afspeel.
Ik wens je een Happy Birthday, Stevie Wonder. Of je nu als zeventiger ook grijs bent weet ik niet, maar voor mij blijf je altijd die Motown-soulman van Songs In The Key Of Life, mijn grijsgedraaide held uit 1976.